Ik weet het nog goed. Op het aanmeldingsformulier voor de avondopleiding studierichting modevormgeving van de Kunstacademie in Arnhem stond de vraag ‘Welke modeontwerper bewonder je?’ ‘Fong-Leng,’ was mijn antwoord. Mijn motivatie moet iets geweest zijn van ‘kleurrijk en fantasievol stofgebruik’. Ik denk niet dat mijn antwoord doorslaggevend was, maar ik werd aangenomen en in 1989 studeerde ik af.
Natuurlijk kende ik haar winkel in Amsterdam in de P.C. Hooftstraat met haar ongewone en feestelijke ontwerpen in een ruimte van roestvrijstaal, traanplaat en spiegels. Bram en ik zijn er een keer naar binnen gegaan; we pasten denk ik niet zo in de scene, want we werden er lichtelijk weggekeken. Ach ja, dat gebeurde nu eenmaal zo in die tijd.

In de Avenue stonden fotoreportages van haar interieur met extravagante, weelderig beklede leren banken. Shows van haar heb ik helaas nooit gezien, achteraf vind ik dat heel jammer.
Op 20 augustus 1983 was er de legendarische, wervelende modeshow in het PSV stadion: regen viel met bakken uit de hemel en modellen liepen met hazewindhonden onder parasols over het veld.

En dan was er natuurlijk ook nog het Zeeuwse meisje Mathilde Willink, echtgenote van de schilder Carel Willink en grote muze en vriendin van Fong-Leng. Mathilde droeg dagelijks haar kostbare jassen, luxe robes en geborduurde pakken en was als levend kunstwerk een uitzinnige reclame voor het merk Fong-Leng.

Op een iconische foto gemaakt door fotograaf Paul Huf zijn ze allebei te zien.

Mathilde Willink pleegde zelfdoding en werd begraven in een pak van goudbrokaat en matelassé, een ontwerp van Fong-Leng.

Fong-Leng bleef altijd in mijn achterhoofd aanwezig. In mijn boekenkast staan haar biografie en twee boeken vol kleurrijke ontwerpen.

Soms kom je een commercieel ontwerp van haar tegen in een kringloopwinkel, zoals deze geblokte jas. Die heb ik overigens laten hangen omdat hij wel erg versleten was.

Ik kwam haar exorbitante kledingstukken regelmatig tegen in het collectiecentrum van het Amsterdam Museum.

Bij de voorbereiding van de tentoonstelling Maison Amsterdam plaatste ik samen met Rosalie Sloof (nu conservator bij het Openlucht Museum) de zeer zware, gouden luipaardmantel (1973) op een pop.


Later stond de mantel maandenlang te pronken op een tentoonstelling in de Nieuwe Kerk. Het Amsterdam Museum heeft sowieso een grote collectie van Fong-Leng.

Zo is er de Byzantium Mantel uit 1981 en de wonderlijke mantel Art Deco met op de revers antieke Russische poppenhoofdjes.

Gekleed in deze mantel liep Mathilde Willink door Amsterdam.


Voor een fotoshoot met fotograaf Ferry van der Nat kleedden we etalagefiguren aan met kledingstukken uit de collectie van het Amsterdam Museum.

Zelfs de leren sprei op het bed, ooit gekocht door Miep Brons en nu in het bezit van Ferry van der Nat was gemaakt door Fong-Leng. Na de shoot zijn de foto’s bewerkt en HIER te zien.

En nu is er in Museum Jan in Amstelveen de tentoonstelling ‘Fong-Leng en Fans, 60 jaar Fashion & Faam’ te zien.



Een heerlijke, kleurrijke, theatrale tentoonstelling met werk van de nu 88-jarige modediva, naast werk van jonge Nederlandse modeontwerpers die zich hebben laten inspireren door haar extravagante creaties. Hier onder links werk van Mattijs van Bergen en rechts Ronald van der Kemp.


Twee zalen gevuld met uitzinnige kleding en een ruimte waar haar woonkamer is nagebouwd.


Sommige mensen zullen misschien zeggen dat haar werk ‘over de top’ is. Daar ben ik het niet mee eens. Haar stijl was en is nog altijd uniek in de geschiedenis van de Nederlandse mode. Tegenover de strengheid van de klassieke ontwerpen van couturiers als Frans Molenaar zet Fong Leng haar vergaande, flamboyante en dansante kleding.

Zij doorbrak daarbij de opvatting ‘doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’. Al haar buitensporige ontwerpen zijn van een grote uitbundigheid en daarbij ook nog prachtig, professioneel gemaakt. In haar werk schuilt ook een soort van tijdloosheid. Dat komt misschien doordat ze nooit heeft meegedaan aan modetrends, maar volledig vanuit haar eigen ideeën heeft gewerkt.


In deze tijd waarin keurigheid en basics bijna de norm zijn geworden, is haar kleding een verademing. Hoe heerlijk zou het zijn als je in het straatbeeld een vrouw zou zien die een echte Fong-Leng vol overtuiging zou dragen. Vorige week, bij een presentatie sprak ik een vrouw die me vertelde dat haar zus twee creaties in de kast heeft hangen. ‘Misschien moet je eens vragen of je die eens mag dragen,’ zei ik. ‘Mijn zus is kleiner dan ik, maar misschien ga ik dat toch eens doen, ‘ was haar antwoord.


De catalogus ging mee naar huis om nog na te genieten van al het werk dat Carla Maria Fong Leng Tsang in de loop der jaren heeft gemaakt. Op dit moment ontwerpt ze geen kleding meer, maar maakt ze wandkleden van leer. Een aantal daarvan is te zien in de tentoonstelling.


Zijn er eigenlijk lezers van mijn blog die in hun kast een Fong-Leng kledingstuk hebben hangen? Die ze nooit weg zullen doen en af en toe tevoorschijn halen om te bewonderen? Of nog beter af en toe dragen bij een bijzondere gelegenheid? Als dat zo is, hoor ik het graag en misschien wil je me een foto sturen. Je merkt het al, na al die jaren blijft Fong-Leng in mijn hoofd zitten!
Tegelijk met de tentoonstelling in Museum Jan is er tot en met 28 juni 2026 in Museum More in Ruurlo de tentoonstelling Fong-Leng & Mathilde | Chic Le Freak te zien.







Plaats een reactie