De afgelopen weken was ik in Spanje om de ‘Semana Santa’, de Heilige Week voor Pasen, mee te maken. We zagen indrukwekkende processies in Tortosa. Over dat fenomeen ga ik nog een artikel schrijven. Nu een voorproefje over iets anders.
Toen we besloten om naar Spanje te gaan, plopte er in mijn hoofd een herinnering op die te maken heeft met mijn jeugd. Tante Stien, een oudere zus van mijn moeder, ging in de jaren zestig op vakantie naar Lloret de Mar aan de Costa Brava. Nu is dat een bekend uitgaansoord, toen was het nog een klein vissersdorp waar het toerisme net begon. Mijn moeder kreeg bij terugkomst van tante Stien een schortje met daarop een geappliqueerde ezel die twee waterkruiken draagt, een Spaanse danseres met een jurk vol stroken en ook nog eens de naam Lloret de Mar erop geborduurd. Een souvenir meenemen voor de achterblijvers was toen een gewoonte van de meeste reizigers. Tante Stien had ons ook een ansichtkaart gestuurd met een danseres in een flamencojurk van echte stof. Ik weet nog dat ik die kaart prachtig vond. Wij hadden thuis ineens iets uit een ver land! Het schortje en de kaart zijn verdwenen, maar het beeld is gebleven.
Onderweg bedacht ik dat het leuk zou zijn om zo’n kaart te bemachtigen. In Tortosa waren ze niet te vinden, maar in Zaragoza had ik geluk. In de Calle Manifestacion 36 vind je de winkel ‘Coleccíonísmo’ die allerlei tweedehands spullen verkoopt. Poppen, boeken, sieraden, speelgoed, noem maar op. In een doos met oude ansichtkaarten vond ik een hele collectie danseressen in bontgekleurde rokken die samen met hun danspartner de flamenco dansen. Kaarten vol kleur, goud, zilver en glitter. Ik werd er direct vrolijk van.
Eén kaart kopen is natuurlijk onmogelijk, want welke moet je dan kiezen? Ik kocht ze allemaal voor een redelijk bedrag. In één klap was ik een verzameling begonnen van 43 kaarten!
Toen we ze in de kamer van ons appartement uitlegden, werd het nog leuker. Op een aantal kaarten stond dezelfde foto, maar de jurk van de danseres was steeds anders.
Soms was de strokenrok van dezelfde drie kleuren, maar anders samengesteld. Op ander kaarten was het een rok in heel andere kleuren.
Alle kaarten moeten met de hand gemaakt zijn, dat plakken van de rokken zeker. Soms zie je de jurk van de foto er onderuit komen.
Hoe het borduurwerk van de bovenkanten van de jurken is gedaan, weet ik niet. Waarschijnlijk machinaal.
Ook de flamenco-mannen op de kaarten dragen opvallende danskleding. Broeken met hoge tailles en overhemden vol stippen.
Geen enkele man is het echter waard om een broek of hemd van echte stof te dragen. Ze staan er in een heel mannelijke pose bij, soms met een gitaar in hun hand.
Het borduursel en de opgeplakte stroken stof op de kaarten heeft weinig te maken met de echte flamencojurken. De geschiedenis van de flamencojurk voert terug naar Andalusië aan het einde van de 19de en het begin van de 20ste eeuw. Vrouwen van handelaren, soms van Roma afkomst, gingen naar de jaarmarkten en kermissen in eenvoudige jurken die ze voor die gelegenheid hadden versierd met ruches en kleurrijke borduursels. Vrouwen uit de rijke klasse kopieerden de jurken in luxere versies. Er werd mee gedanst op feesten met opzwepende muziek. Later ontstonden daaruit flamencoshows waar de artiesten van dat moment hun danskunst vertoonden.
Tijdens de ‘Feria de Sevilla’ zijn alle straten een week gevuld met al die schitterende feestjurken. Na de ‘Semana Santa’ staat de ‘Feria de Sevilla’ nu op mijn lijst. Een mens blijft wensen!
Er is nog steeds mode en verandering in de flamencojurk. In de jaren zestig van de vorige eeuw werden ze korter, later weer langer. Flamencomodemerken laten elk jaar hun collecties zien op de catwalk.
Terug naar de tweedehands kaarten. Naast de voorkant vol kleur zijn ook de achterkanten intrigerend. De kaarten die ik nu heb, zijn gestuurd naar veel verschillende landen. Engeland, Italië, Joegoslavië, Zweden, Nederland, Duitsland, Noorwegen, Oostenrijk, Zwitserland, Australië, Amerika, Denemarken, Ierland en Spanje. Ze zijn verstuurd vanuit verschillende Spaanse oorden. Veel uit Palma de Mallorca dat in de jaren 70 echt de plek was waar je heen ging. De verschillende handschriften, de vermakelijke teksten, de postzegels en stempels – je raakt niet uitgelezen en gekeken.
Ze roepen grote verwondering en dus allerlei vragen op. De kaarten hebben natuurlijk te maken dat ‘gewone mensen’ vanaf de jaren zestig geld hadden om met vakantie verder te gaan dan Nunspeet of Vrouwenpolder. Dan stuurde je kaarten naar het thuisfront om te laten zien dat je echt in het buitenland was en dat je zo iets van Spanje en de Spaanse cultuur liet zien. Nu kun je zeggen dat het allemaal nogal cliché is, maar in die tijd keek je wel op naar mensen die zo’n verre reis maakten.
Ik heb heel internet afgezocht naar de oorsprong van deze flamenco-kaarten met jurken van echt stof, maar tot op heden niets gevonden. Wie maakten de kaarten en hoe? Op de kaarten staat dat ze in een envelop verstuurd moesten worden, maar de meeste hebben een postzegel en zijn dus zo op de bus gedaan. En onbeschadigd aangekomen.
En dan de laatste vraag. Hoe komen die Spaanse kaarten, verstuurd naar Bari, Nieuwvliet, Salzburg, Enköping, Rocky Branch en Blackley weer terug in Spanje? Ik ga natuurlijk verder mijn collectie uitbreiden. Er schijnen ook nog heel andere geborduurde Spaanse danskaarten te zijn waarbij over de hele foto of tekening is geborduurd en geen stof is gebruikt.
Mocht je nog een Spaanse danskaart in je bezit hebben en hem kwijt willen, reageer dan onder dit bericht of stuur een mail naar janterheide@gmail.com